1 mei komitee logo
krediet chaos58

1 mei komitee logo

opkoop banken, Icesave & spaargarantie
update april 2009

opkopen
De ingrepen in de financiële sector door de Nederlandse Staat werd door alle fracties
in de Tweede Kamer geaccepteerd of toegejuicht.
Die ingreep was niet anders dan domweg het kopieren van het gevolgde beleid in de USA,
Engeland en Duitsland.
Die ingrepen en nationalisaties zijn in feite steunmaatregelen aan de eigenaars van de banken
en verzekeraars: de aandeel- en obligatiehouders.

Tekenend is de oproep eind maart 2009 van George Soros -speculant met miljarden- dat Engeland
nodig een lening aan moet vragen bij het IMF. Om zijn persoonlijke belangen veilig te stellen.

Het genomen risico van de Nederlandse staat door belangen te nemen in de financiële sector
is ongekend groot. Stand begin april 2009:

overnames en staatssteun € 37.000 mln
risico overname ING 0109 € 21.600 mln
lening Fortis € 44.000 mln
afgegeven ‘bank’ garanties € 31.100 mln
totaal € 133.700 mln dat is 22,4% van de Nederlandse economie

spaargarantie
Icesave haalde in 5 maanden € 2.000 miljoen in Nederland op.
Het omvallen van het moederbedrijf de IJslandse bank Landsbanki in oktober 2008 bezorgde vele rentebeluste spaarders de schrik van hun leven.

Zonder overleg met de banksector verhoogde minister Bos
de garantie op terugbetaling van spaargeld van €38.000 op €40.000 naar €100.000 zonder meer.
Dat leverde vooral schade op voor Nederlandse banken die verplicht zijn een deel van die garantie uit te betalen:

schade Nederlandse banken € 250 mln
schade Nederlandse staat €   80 mln
rijke Nederlandse particulieren zijn waarschijnlijk € 250 mln voorgoed kwijt
lokale Nederlandse overheden voorlopig ruim € 200 mln

23 lokale overheden bankierden met miljoenen die ze angstvallig voor zo hoog mogelijke
rente uitzetten inplaats van te besteden aan achterblijvende voorzieningen:
provincie Noordholland € 78 mln van € 620 mln die bij banken staat opgepot
provincie Groningen € 30 mln
centrale Borssele € 25 mln
Amstelveen € 15 mln
Goes € 12 mln
Pijnacker € 12 mln
Den Haag € 10 mln
Texel € 8 mln
Opmeer € 7 mln
Waterschap Roer € 5 mln

Bij de afkondiging van een garantie tot € 100.000 voor spaargeld bij een omvallende bank,
was er totaal geen inzicht wat het risico daarbij kon zijn. En dat inzicht is er een halfjaar
later nog steeds niet.

ING Direct is bijvoorbeeld alleen actief in het buitenland, er is € 200.000 miljoen ingelegd,
waarvan € 60.000 miljoen onder het Nederlands garantiestelsel valt;
volgens het cbs is in Nederland € 247.000 miljoen opgespaard;
het echte cijfer wordt geheim gehouden door De Nederlandse Bank.

Waarschuwing:
de garanties, nationalisaties en wat verder steun heet te zijn,
het ziet er allemaal leuk uit voor beleggers en spaarders, maar

iedere betaling door de staat betekent
dat die op de werkenden en uitkeringsgerechtigden wordt verhaald

1 mei komitee logo

financiële sector weigert zelf te herstructuren
update april 2009

kapitaalvernietiging
Hoe langer het wantrouwen blijft voortbestaan, hoe verder de kapitaalvernietiging oploopt.

Een overzicht van IMF cijfers:
op alleen USA leningen was het verlies in oktober 2008 $ 1.400 miljard
januari 2009 $ 2.200 miljard
april 2009 $ 2.700 miljard
voor Azië en Europa wordt in april 2009 het verlies geschat op bijelkaar $ 1.400 miljard

Dit betekent dat in totaal $ 4.100 miljard aan waarde verdampt is, iets meer dan € 3.000 miljard. Volgens persburo Bloomberg is daarvan tot en met maart 2009 wereldwijd omgerekend pas € 1000 miljard afgeboekt bij banken, verzekeraars, pensioenfondsen (48. pensioenroof)
en hedgefunds (53. zwerfkapitaal).

De Nederlandse Bank meldt dat Nederlandse banken € 39 miljard hebben afgeschreven.
Daaronder zitten ook betere hypotheken en persoonlijke leningen die nog geen verlies
hebben opgeleverd.

Opportunistisch nieuw inzicht achteraf:

Jack Welch (ex General Electric): aandeelhouderswaarde is een stom begrip, de aandachtsgebieden horen te zijn: personeel, klanten en produkten.

Alan Greenspan (ex FED): verminderen van toezicht op de financiële markten was fout.

Lekker makkelijk van deze heren. Als ze zo snel van mening veranderen,
is het ook onterecht geweest dat hun mening in het verleden veel gewicht is toegekend,
toen zij nog het tegendeel beweerden en daar ook naar handelden.

zelfkritiek
Een commissie onder leiding van Cees Maas -ex financieel verantwoordelijke bij ING- beoordeelde begin april 2009 hoe de krediet chaos kon ontstaan. Weinig nieuws:

  • het belang lag te eenzijdig bij aandeelhouderswaarde
  • er zijn -daardoor- te hoge risico’s genomen
  • de banken waren ondergekapitaliseerd
  • hoog rendement is strijdig met risicobeheersing.
    De commissie denkt dit op te lossen door meer vrouwen in de besturen op te nemen.
    Domme seksistische borrelpraat.
  • commissarissen zijn merendeels ondeskundig en soms onbekwaam
  • de nationale toezichthouder Nederlandse Bank wordt overvleugeld door de gecontroleerde banken
    in expertise
    in omvang
    door de veel grotere buitenlandse activiteiten
  • spaargeldgarantie moet vervangen worden door een verzekeringsstelsel,
    waarmee de invloed van de toezichthouder groter wordt
  • beloningsbeleid van het topmanagement moet meer op lange termijn gericht worden

Van deze adviescommissie geen doortastend verhaal over de toekomst van het bankwezen.

voorzitter van de vereniging van banken, ex marechausee Boele Staal:
het is onterecht personen verantwoordelijk te stellen
voor beleid dat tot de krediet chaos leidde, het ligt aan het systeem.


tja, als verantwoordelijke beslissers zo weinig invloed hebben,
is het ook onterecht ze nog vorstelijk te betalen
(20. moeilijk doen over loon)

vaststelling

  • in de financiële wereld doet men niet aan zelfregulering, maar aan zelfoverschatting, na-aperij en kuddegedrag: het gaat er bovenal om de concurrentie te verslaan op rendement;
  • de heersende notie ‘de markt is dynamisch, flexibel en disciplineert’, is prietpraat; bankroet is de enige echte disciplinering; jammer alleen dat vooral personeel en leveranciers daarvan het slachtoffer worden;
  • de IFRS boekhoudstandaard verplicht de waarde van beleggingen naar -de wisselende- marktwaarde te verantwoorden; bij lagere waardering in de sector van de beleggingen
    gaat het vermogen van alle financiële en andere instellingen omlaag;
  • omdat onbekend blijft hoeveel lijken er nog in de kast zitten bij andere bedrijven na de grote herkapitalisaties, blijft het onderling vertrouwen weg en wordt onderling niet uitgeleend; daarom functioneren de financiële markten zo slecht; dat leidt op zich weer tot een lagere liquiditeit en dus zeer voorzichtige kredietverstrekking;
  • het beleggingsmodel van hedgefunds met een hefboom van 90% geleend kapitaal, is niet berekend op krimp van de liquiditeit: (53. zwerfkapitaal)
    tijdens een vertrouwenscrisis wordt door beleggers hun inleg bij hedge funds teruggevraagd; dat geeft verkoopdruk op het bezit van de hedgefunds; daardoor daalt
    de prijs van aandelen en dalen dus ook de aandelenbeurzen; daardoor zijn veel bedrijven in toegekende waarde ver onder hun intrinsieke of geïnvesteerde of economische waarde terecht gekomen;
  • hoe langer het wantrouwen blijft heersen, hoe meer beleggingen afgeschreven moeten worden; er is zelfs al veel afgeschreven op beleggingen waarop tot nog toe niet eens verlies is geleden;
  • maar zodra het vertrouwen tussen de financiële instellingen groeit, gaat het weer andersom;
  • de krediet chaos is voor handelaren het gevolg van menselijke beoordelingen en beschaamd vertrouwen, een sociaal psychologisch proces dat vervolgens door verantwoordelijke beslissers op zijn beloop wordt gelaten.

slechte leningen
Hoe langer de vertrouwenscrisis duurt, hoe meer er afgeschreven moet worden aan beleggingen.
Om uit deze neergaande spiraal te komen worden er internationaal drie verschillende scenario’s voorgesteld.

  • Opkopen door de staat van leningen waar de banken mee omhoog zitten,
    zodat de banken verder kunnen gaan alsof er niets aan de hand is.
    Zolang zulke leningen niet op het absolute dieptepunt worden opgekocht,
    is dit een regelrechte subsidie aan de eigenaren.
    Dus aan de aandeel- en obligatiehouders, die juist omdat de vergoeding daarop zo hoog zijn,
    die hoge risico’s opzochten. Ten eerste wordt zo overmoed beloond,
    ten tweede is het dieptepunt pas achteraf vast te stellen.
    Het onbekende risico voor de staat is te vroeg te kopen.
  • Liquidatie van financiële instellingen in problemen, in plaats van subsidiering.
    Dit legt het risico waar het hoort, bij de eigenaren: de aandeel- en obligatiehouders.
  • Een tussenoplossing is onder curatele stellen van zo’n bedrijf:
    slechte bezittingen liquideren en slecht bestuur ontslaan.
    Maar waarom moet de staat die verantwoordelijkheid op zich nemen?
conclusie:
staatssteun aan het failliet internationaal werkend bedrijf Fortis was alleen een
tegemoetkoming aan de eigenaars;
Fortis Bank Nederland en het deel ABN Amro zijn een schimmetje van de voormalige
naamgenoten, er bestond geen economische noodzaak deze bedrijven overeind
te houden;
behoud van werkgelegenheid door de opkoop is geen argument, want er vallen zondermeer
al minstens 23.000 ontslagen;
de waan van de dag was leidend bij de opkoop van Fortis

financiële instellingen in USA en West Europa die in problemen kwamen, zijn financieel gesteund, genationaliseerd, al dan niet gedwongen opgekocht, of hebben zichzelf te koop aangeboden.

alleen Lehman Broths is echt omgevallen onder het beleid van de USA minister Paulson,
Paulson was tot kort daarvoor ceo bij Goldman Sachs, dat Lehman als lastige concurrent had.

regulering
De huidige bank- en verzekeringsbedrijven zijn te complex om van buitenaf effectief te controleren. Zelfs bij een grove indeling zijn er binnen de Nederlandse grootbanken heel verschillende bedrijfsaktiviteiten, met ieder een andere logica en ander bedrijfsmodel:

spaarbank
betaalbank / girodienst
betaalnet wereldwijd
kredietbank
investeringsbank
zakenbank
valutahandel wereldwijd
speculatie op termijnmarkten
handelsbank
verzekeraar schade
verzekeraar leven
herverzekering
vermogensbeheer
aandelenhandel wereldwijd
effecten bewaring
hypotheekbank
project ontwikkeling
vastgoed beheer

Doordat al deze aktiviteiten ook nog eens ver buiten de landsgrenzen reiken, zijn deze financiële instellingen in feite ongrijpbaar voor een nationaal, of boven-nationaal toezicht.
En wonder boven wonder ook voor de verantwoordelijke bestuurders, zoals zij zelf openlijk aangaven.

Bijvoorbeeld de manipulatie en oplichting voor $ 65 miljard door Madoff bleef tientallen jaren nauwelijks opgemerkt.

Met het argument dat een groter balanstotaal meer zekerheid biedt, zijn er in Nederland grootbanken en bank-verzekeraars geschapen. Gebleken is dat die grotere omvang tot overmoed leidt en minder beheersbaarheid van de interne organisatie. Bijgevolg is het risico op ongevallen, fraudes en mismanagement juist veel groter geworden.

In 2007 had Nout Wellink een droom.
Om ABN Amro aan ING te koppelen. (55. Hollands Glorie)
Dat zou pas echt een groot risico worden voor Nederland.
Want de gezamenlijke balans zou een omvang krijgen van € 2.200 miljard.
Dat is 3½ tot 4 keer de economie van Nederland.

Omvallen van zo’n bank-verzekeraar is niet noodzakelijk een systeemrisico -er zijn tenslotte nog veel meer banken in de wereld- maar wel een risico op failliet gaan van de staat als die garant staat of deelneemt. In IJsland is dat gebeurd.

De bevolking draait altijd op voor zo’n debacle:
de echte risico’s zijn loonsverlaging, zware belastingverhogingen
en forse bezuinigingen op uitkeringen en alle openbare voorzieningen

Regulering van internationaal opererende financiële instellingen schiet ten enenmale tekort doordat er zelfs binnen de EU niet eens informatie uitwisseling bestaat over financiële stabiliteit.
De internationale banken overvleugelen domweg iedere toezichthouder. Tezelfdertijd is de greep van een enkele bank op een nationale economie steeds zwaarder geworden. In feite is in het begin van de 21e eeuw de stabiliteit van het financiële stelsel onbeheersbaar.

Dit laatste geldt des te meer voor de activiteiten van hedgefunds (53. zwerfkapitaal) en het intern schuiven met geld door multinationals, dat ruwweg 80% van de wereldwijde kapitaalbewegingen beslaat. Heel veel transacties gaan buiten iedere externe regulering om. Er heeft slechts registratie plaats bij de toezichthouder.

balans beperken
Steeds wordt ervan uitgegaan dat de controle zich aan moet passen aan de groeiende omvang van financiële instellingen. Dat is een kortzichtige tunnelvisie. Nu de bank-verzekeraars te groot zijn geworden voor interne en externe controle, is het veel logischer ze op te knippen tot:

overzichtelijke eenheden met een balansmaximum.

aan te vullen met:

hogere kapitaalsbuffers bij kredietbanken
het garantiestelsel beperkt tot spaar- en betaaldiensten


  • hier zijn geen logge en ondoorzichtige supranationale controle constructies voor nodig;
  • management en de toezichthouder kunnen zich beter op de hoofdzaken van het bedrijf concentreren en daarin een grotere deskundigheid ontwikkelen;
  • echt ondernemerschap wordt gestimuleerd: geklungel straft zich eerder af door bankroet;
  • het omvallen van een financieel bedrijf is maatschappelijk een kleiner risico geworden.

macht
Uiteindelijk is het een kwestie van macht. Geen geweld maar macht op basis van netwerken, ideologie, politieke druk en chantage. Zolang financiers daarlangs nationale staten kunnen dwingen om verliezen op financiële avonturen te vergoeden, zolang zal een structurele hervorming van het financieel stelsel nooit van de grond komen.

Lees hieronder meer over de staatsdeelneming in financiële instellingen;
hoe de nationalisering van Fortis en een restje ABN Amro in z’n werk ging;
en daarna de opbouw tot de krediet chaos in USA en Europa,

ga door naar: (27. cao ronde 2009)
apr-09

kleine logo

staatssteun aan financiële in stellingen
krediet chaos 2008 58


staatssteun
Niet eerder heeft er de laatste 60 jaar in Nederland zo’n grote steunoperatie aan bedrijven plaatsgevonden als na september 2008.
Begin 80er jaren leverden de ondoorzichtige steunoperaties aan RSV nog een politiek trauma op. Het betrof toen een door de staat gedwongen samenvoeging van naar technologie en scheepsbouwtechniek zeer verschillende ouderwetse en modernere werven en een motorenfabriek binnen Nederland. Er is destijds een parlementaire enquête ingesteld om te achterhalen hoe zulk wanbeleid tot verspilling van een bedrag ter grote van 0,6% van de Nederlandse economie kon leiden.

In de vier maanden na september 2008 is de regering verplichtingen aangegaan voor 16% van de Nederlandse economie. Wonderlijk genoeg zien de kiesverenigingen nauwelijks problemen in het aangaan van dit risico op een reusachtige groei van de staatsschuld die hierdoor kan ontstaan.

verleende staatssteun aan bedrijven
periode/jaar bedrijf % bbp
1971 - 1983 RSV 1,00%
1975 - 1981 Ogem/Nederhorst 0,13%
1976 Vredestein 0,11%
1978 VMF Sork 0,18%
1980 Hoogovens 1 0,17%
1980 - 1985 textiel ind. 0,05%
1981 Fokker 1 0,17%
1981 - 1989 Volvo Car 1 0,14%
1987 Fokker 2 0,04%
1987 - 1993 Philips 1 0,17% technolease
1993 Hoogovens 2 0,02% nieuwe aandelen
1993 KLM 0,01%
1993 DAF 0,05%
1994 Fokker 3 0,06% technolease
1994 KLM 0,06% nieuwe aandelen
1998 De Schelde 0,01%
1998 Philips 2 0,38% onderzoekskrediet
1999 Ned Car 0,02%
2001 KPN 0,38% nieuwe aandelen
okt 2008 risico op banken
jan 2009 en verzekeraars 16%

De inkomsten van de staat blijken half februari 2009 al € 20.000 miljoen lager te liggen dan
in september verwacht. Dat is een extra tekort van 3% op de Nederlandse economie.
Het blijft een gok of de steun aan aandeelhouders van banken en verzekeringsmaatschappijen
ooit terugbetaald wordt.
Zo niet, dan komt het tekort nog hoger uit. Maar dat blijkt pas over een paar jaar.

nationalisering   € miljoen
Amev /StadRotterdam okt-08 4.000
Fortis Bank Nederland okt-08 6.300
Fortis deel ABN Amro okt-08 6.500



kapitaalsteun   € miljoen
Fortis / ABN Amro okt-08 34.000



overname bedrijfrisico   € miljoen
ING jan-09 21.600



aanbod aan financiële bedrijven (niet voor staatsbedrijven) € miljoen
staats aandeelname okt-08 20.000
staatsgarantie okt-08 200.000



aanbod aan niet financiële bedrijven   € miljoen
kapitaalsteun nov-08 6.000
export garantie dec-08 3.000



maximaal risico € miljoen
feb-09 98.400

marktwerking
Enkele stemmingmakers die in 2008 en 2009 de meningsvorming over rechtvaardige maatschappelijke verhoudingen in Nederland bespelen zijn:
Alexander Rinnooy Kan, voorzitter SER, oud ING bankier;
Chris Buijink, secretaris generaal EZ;
Bernard Wientjes, voorzitter VNO-NCW;
Peter Bakker, voorzitter bestuur TNT;
Lans Bovenberg, hoogleraar inTilburg, coryfee van het CDA;
Coen Teulings, directeur CPB, ex hoogleraar in Tilburg;
Sylvester Eyffinger, hoogleraar in Tilburg, coryfee van het CDA;
Jan Willem Oosterwijk, de vorige secretaris generaal EZ;
(XXIII. naar een toekomst die loont)

In hun ideologie is marktwerking heilig, zelfs voor publieke taken. Zodra ergens winstmogelijkheid wordt geroken, mag de overheid zich nergens meer mee bemoeien. Nutsbedrijven en publieke taken moeten worden overdragen, want het niet gereguleerde ondernemerschap zou het allemaal veel beter kunnen: de markt -wat dat ook zijn mag- heeft altijd gelijk. De staat moet terugtreden tot het beschermen van hun particulier eigendom en het afdwingen van arbeidsplicht. Regelgeving moet worden beperkt tot wat ondernemers uitkomt. Maatschappelijke verantwoordelijkheid? Nooit van gehoord. En hier hobbelt de regering achteraan. (17. stelen van het personeel)

Maar nu in 2008 een principieel slecht gereguleerde markt tot interne tegenspraken en financiële stagnatie heeft geleid, willen marktpartijen helemaal niets meer zelf. Weigeren iedere verantwoordelijkheid. Er wordt luid gepiept dat de regering en de hele bevolking de plicht heeft de scherven van de marktwerking voor het vrije ondernemerschap op te ruimen èn te vergoeden. (XXV. wiens economie versterken)

Vorige keren moest de wetgeving aan winstbelusten marktpartijen aangepast worden. Nu is heel veel geld nodig om hun winstgevendheid te garanderen. En daar staat helemaal niets tegenover. Ontslagen personeel hoeft alvast nergens op te rekenen. (60. banenpool een sterfhuis)
Met de overige bevolking is nooit een contract afgesloten.

deelneming in aandelenkapitaal
ING okt-08 10.000
Aegon okt-08 3.000
SNS nov-08 750
toegezegde garanties
Leaseplan nov-08 1.500
NIBC nov-08 1.500
Leaseplan jan-09 1.500
ING jan-09 10.000
NIBC feb-09 1.500

ING deal januari 2009
Na een week verhevigde beursspeculatie op ondergang van bankverzekeraar ING door short gaan -naast gedwongen verkoop door grote beleggers en vluchten uit aandelen door kleinere beleggers- wordt het beleggingsrisico van ING Direct in Amerikaanse tweedekeus hypotheken eind januari 2009 buiten de balans geplaatst.

Een herhaling van wat precies één van de oorzaken was van de krediet chaos. Met deze oude truc is de balans van ING weer keurig opgepoetst en zo de aandeelhouderswaarde vergroot. Maar het risico ligt nu niet meer bij een korte termijn belegger op de wilde kapitaalmarkt. Deze keer is het een lange termijn belegger, de Nederlandse staat. Dat is heel voordelig, want mogelijk verlies wordt toch met belastingmaatregelen verhaald op de nationale bevolking. Zo zijn de internationale IFRS boekhoudvoorschriften creatief omzeild.

Op de € 30 miljard onbetrouwbare beleggingen die de balans van internetbank ING Direct verzieken, wordt € 3 miljard verlies genomen en minister Wouter Bos neemt € 21.600.000.000,- voor onze kiezen. Ook stelt hij ons garant voor € 10.000.000.000,- aan kredieten die ING wil aantrekken. Vooralsnog betaalt ING voor deze deal een rente hoger dan waar de staat voor leent, maar er bestaat geen garantie voor de toekomst. Hier tegenover staat alleen een toezegging dat ING € 25.000.000.000,- aan leningen in Nederland zal uitzetten. Maar ja, waar, op welke termijn en op welke voorwaarden?

In tegenstelling tot de banken, hanteert de staat boekhoudkundig geen balans van bezittingen, maar voert alleen een kasgeld boekhouding. Daardoor kan de minister van financiën voorlopig volhouden dat deze bijstand geen cent heeft gekost. Maar dat gebeurt wel zodra er verlies moet worden genomen, bijvoorbeeld bij wanbetaling door ING. Dat risico op verlies heeft hij volledig genomen in januari 2009. Zodra dat komt, gaat het ten laste van de staatsschuld

ING winnaar?
Jazeker, nog niemand heeft ooit zo’n royale bijstandsverlening versierd.
Goed voor 1.618.000 maximale bijstandsuitkeringen
                       een miljoen zeshonderd achttien duizend.
De aandelenkoers ING steeg met 28% binnen een dag. Geen wonder.

€ 27 miljard aan tweedekeus Amerikaanse hypotheken blijven juridisch 100% eigendom van ING, maar zijn voor 80% economisch eigendom van de staat.
De eerste sprong in het duister is dat de staat daarmee ook 80% van het risico draagt op onvermijdelijke wisselkoerswijzigingen tussen dollar en euro. Een grotere sprong in het duister
is dat zodra terugnemen winstgevend is, ING haar bezit opeist om het te gelde te maken.
Maar zolang de tweedekeus hypotheken verlies opleveren, blijven ze voor de staat.
Nu kan de staat wel een vetorecht hebben op verkoop, blijft dat winst voor ING is en verliezen
grotendeels de staat toevallen.

Lees hieronder hoe de nationalisering van Fortis en een restje ABNAmro in z’n werk ging,
met daarna de opbouw tot de krediet chaos in USA en Europa,

ga door naar:(27. cao ronde 2009)
feb-09

kleine logo

nationalisatie Fortis
krediet chaos 58


voorheen Fortis 1e akte
Bank-verzekeraar Fortis vertilde zich aan de opkoop van een deel van ABN Amro in 2007.
De koopprijs bleek niet te financieren. Verkoop van onderdelen bracht minder op dan gehoopt.
En er bleken meer hopeloze beleggingen in huis dan voor mogelijk was gehouden.
Aandeelhouders deden Fortis in de uitverkoop. Vergeleken met eind juni 2007 was 85,7% aan aandeelhouderswaarde verloren gegaan. Daarmee zakte de marktwaarde tot ver beneden de intrinsieke waarde. Het financieringsprobleem werd steeds nijpender. Grote beleggers namen bovendien hun banktegoeden op. In één dag werd € 20 miljard aan tegoeden opgenomen.
Door dit liquiditeitsprobleem zou de bank al snel niet meer aan zijn verplichtingen kunnen voldoen.

Bij de overhaaste en halfslachtige nationalisering van Fortis Bank Nederland neemt de Nederlandse overheid eind september het risico van de aandeelhouders over omdat de bedrijfsvoering geen winst meer kan opleveren, alleen nog maar verliezen. Binnen twee, drie dagen zou het bedrijf zelfs omvallen.

  • Daarom is de uitkoop van aandeelhouders Fortis door de Nederlandse Staat
    voor de laatste notering op de beurs veel te hoog en zeker niet marktconform.
    Immers, geen enkel bedrijf was bereid die prijs van € 5,18 per aandeel te betalen.
    Er lag wel een bod van BNP aribas voor € 1,6 per aandeel wat betekent € 3,7 miljard
    voor het hele bedrijf.
  • Strategisch zwak is dat er slechts een minderheidsaandeel van 49% is genomen,
    in plaats van een meerderheid van 51%. Voor een meerderheid is alle reden,
    omdat het bedrijf zonder de deelneming onherroepelijk zou om vallen.
    Nu heeft de Staat alle zeggenschap weggegeven.
  • Onbegrijpelijk is dat er zelfs geen enkel onderpand of garantie is verlangd voor de investering à € 4 miljard. Daarmee is het maximale risico genomen.
    Ja, er wordt gehoopt op een dividend van 4%, wat gelijk staat aan de vermoedelijke kapitaalkosten. Alweer niet marktconform, want voor eenzelfde arrangement van $5 miljard
    heeft Warren Buffet een paar dagen eerder bij Goldman Sachs met succes een rendement
    van 17% bedongen.

Details van de nationalisatie blijven onduidelijk.
Achteraf blijkt dat er nooit contracten zijn getekend, alleen over de persverklaring bestond overeenstemming. De buitenwacht is op het verkeerde been gezet om een andere constructie
uit te onderhandelen.

voorheen Fortis 2e akte
Een dag later blijkt niemand het ABN Amro deel van Fortis te willen kopen. ING wordt onder druk gezet, maar weigert. Twee dagen later zou alle vanuit Nederland toegezegde staatsinvestering zijn verdampt doordat massaal spaargelden en banktegoeden zijn opgenomen. Dan zou er in twee dagen minstens €50 miljard moeten zijn opgenomen.
Grote beleggers verlaten het zinkende schip, waaronder naar vermoed wordt Waalse industriëlen. Waarschijnlijk zijn ook al langer vele miljarden aan verplichtingen buiten de balans gehouden. Daar bovenop bleef de aandelenkoers dalen: speculanten roken een slachtoffer.

Na vijf dagen koopt de Nederlandse staat voor € 16,8 miljard 100% van Fortis Bank Nederland, Amev, ASR en het Fortis deel uit ABN Amro. Hoe kan dat? Er is niet eens boekenonderzoek gedaan, alleen een beoordeling door De Nederlandse Bank en die zag al eens eerder noodzakelijke informatie over het hoofd bij de overname van ABN Amro door Fortis in 2007. Is ruim 8 maal de winst in 2007 wel marktconform? Voor het lopend bedrijf misschien wel, maar voor een bedrijf dat op omvallen staat, veel te hoog, geen een commerciële partij heeft immers een bod uitgebracht. Volgens een andere berekening op basis van de slotkoersen was geheel Fortis in de week ervoor tussen de € 9 en € 12 miljard waard. Twee dagen later pas koopt BNP Parisbas een deel van de rest. Fortis Holding blijft achter met heel veel slechte leningen, alle verliezen dus.

  • Gelegenheidsbeleid vergeleken bij de pertinente weigering om verantwoordelijkheid te nemen voor echt publieke voorzieningen, zoals openbaar vervoer,
    zorg en energievoorziening.
  • Zeer kostbare marktingreep. Geen redding van het financieel systeem, maar de redding van aandeelhouders van één bank, naast twee andere grote commerciële banken die niet omvielen.
    Het belang van klanten en spaarders had met een garantiestelling geregeld kunnen worden.
  • Nederland kon nationaliseren omdat de staatsschuld laag is, (55. Hollands Glorie)
    België heeft daarvoor een veel te hoge staatsschuld voor het EU stabiliteitspact.
  • De genationaliseerde banken hebben alleen kantoren binnen Nederland en zijn daarom als zelfstandig edrijf hoogstens levensvatbaar als spaarbank. Verkoop op langere termijn en reorganisaties op kortere termijn biedt klanten en de 45.000 personeelsleden weinig zekerheid.
  • Bij privatisering is een rendement van minimaal 12% per jaar marktconform. ABN-Fortis moet dus bij verkoop minimaal € 2 miljard nettowinst op jaarbasis hebben opgebracht voordat achteraf gesteld kan worden dat dit avontuur zonder verlies is verlopen.
  • De staat koopt de aandeelhouders uit en vrijwaart ze zo van groter verlies
    met een subsidie van € 16.800.000.000,- gelijk aan760.181 jaarinkomens .
    Jawel, van meer dan ¾ miljoen mensen,
    het inkomen van bijna 10% van de werkende bevolking!
  • De miljarden voor de investering in Fortis en bovendien € 34 miljard kapitaalsteun moeten geleend worden, dus is de staatsschuld met die € 51 miljard 20% vergroot.
    De rente daarover gaat op jaarbasis minstens € 1600 miljoen kosten met 2 maandsleningen.
    Begin oktober 2008 wordt nog makkelijk kapitaal opgehaald voor kortlopende staatsobligaties omdat de aandelenbeurzen zakken, maar op langere termijn blijft dit een gok van de regering: een risico van € 3.100,- per inwoner.

Terwijl aan de koop en herkapitalisatie van Fortis / ABN Amro binnen een week een bedrag beschikbaar komt gelijk aan 29% loonsverhoging voor alle werkenden, verlangden tezelfdertijd regering en ondernemers strikte loonmatiging van de cao-afhankelijken bij het najaarsoverleg 2008. Bovendien is het hun bedoeling om werklozen te korten op de werkloosheidsuitkering. (bulletin. XXIII naar een toekomst die loont)

conclusie:
de overheid levert geen bijdrage aan het veiligstellen van het financieel stelsel,
verhoogt de staatsschuld om aandeelhouders Fortis het ondernemersrisico te vergoeden,
stelt daarvoor koopkracht van cao-afhankelijken en werklozen in de waagschaal

De staat kiest dus voor aandeelhoudersbelang en tegen cao-afhankelijken. (17. stelen van het personeel)

inkomsten Nederlandse Staat in 2009
btw 25,2%
accijnzen 6,0%
wegverkeer 3,7%
rechtspraak 3,4%
milieu 2,5%
overig 1,9%
loon & inkomsten 26,4%
winstbelasting 10,1%
dividend & erfrecht 4,0%
aardgas & overig 16,8%
¾ van de inkomsten wordt direkt
door de bevolking opgebracht

Wantrouwen en onrust in de financiële wereld steekt regelmatig de kop op. Zodra meerdere ontwikkelingen gelijk opgaan, blijkt steeds weer dat het financieel stelsel systeemfouten vertoont. De standaard oplossing is dat de overheid dan de aandeelhouders een deel van hun verlies vergoedt.

Wie dat betaalt? De steun gaat van het staatsvermogen af, dus uiteindelijk draait de belastingplichtige bevolking als geheel op voor het ruimen van de puinhopen veroorzaakt door roekeloos gedrag van handelaren en beslissers. Allemaal in het voordeel van aandeelhouders
en speculanten die daar eerst goed aan hebben verdiend.

lees hieronder de opbouw tot de krediet chaos

of ga door naar: (27. cao ronde 2009)
okt-08

1 mei komitee logo

financiële vertrouwenscrisis 2007
krediet chaos 58


vertrouwenscrisis
In 2007 openbaarde zich een crisis in het financiële systeem in de USA.
De opbouw ging als volgt:

  • Het systeem van bonussen -vele malen groter dan het salaris- is voor handelaren
    in financiële produkten gericht op vergroting van hun omzet.
    Voor bestuurders van de financiële bedrijven op vergroting van het rendement
    op het bedrijfskapitaal;
  • Jarenlang stond de rente in de USA en EU uitzonderlijk laag, geld was goedkoop;
  • Onder politieke druk is vanaf 2001 het toezicht op de financiële sector
    in de USA steeds verder uitgehold;
  • Er werden in Amerika in de loop der jaren voor meerdere duizend miljard dollars
    aan leningen verstrekt, zonder degelijk onderpand.
    Dus was duidelijk dat bij een onvermijdelijke verhoging van de rente deze leningen
    niet meer afgelost konden worden;
  • Verschillende soorten leningen werden door de verstrekkende bedrijven samengevoegd
    in pakketjes en doorverhandeld naar andere financiële bedrijven over de hele wereld.
    Op zich een gebruikelijke herverzekeringhandel, alleen werd nu het risico voor de koper
    moeilijk in te schatten. De kopers vertrouwden daarom op beoordelingen
    door gespecialiseerde bedrijven (Moody’s, S&P, Fitch), domweg omdat nagenoeg iedereen
    dat deed.
  • De commerciële beoordelaars van de kredietwaardigheid van andere financiële instellingen
    en van de financiële derivaten die deze aanboden, hebben -omdat ze commercieel zijn-
    ook zelf belang bij die beoordeling en zijn dus niet onpartijdig;
  • Door blind af te gaan op externe certificering en door de relatieve nieuwigheid
    -deze derivatenhandel is nog geen 10 jaar oud- hebben de beslissers binnen financiële
    bedrijven weinig inzicht in wat voor beleggingen er is geïnvesteerd.
    De pakketjes leningen bestaan niet alleen uit woninghypotheken,
    maar bijvoorbeeld ook auto- en creditcardfinanciering, naast allerlei bedrijfsobligaties;

grafiek 58.2
  • De omzet van ieder financieel bedrijf dat deze verpakte leningen inkocht,
    kon nog verder stijgen door dit soort beleggingen buiten de balans te plaatsen.
    Dus werden deze produkten in aparte,
    door het uitgevende bedrijf gegarandeerde fondsen ondergebracht
    -het zogeheten securitiseren-, en van daaruit verder gefinancierd.
    Hogere omzet zonder de balans te belasten geeft hoger rendement over het eigen vermogen.
    Dat staat mooi in het jaarverslag, dus moet de beurskoers wel stijgen.
    En, omdat daar de persoonlijke bonus van afhankelijk is, ook van de bestuurders;
  • De doorgeplaatste leningen werden vooral met kort geld gefinancierd,
    zodat iedere 3 tot 6 maanden de hele boel opnieuw gefinancierd moest worden.
    Geen probleem zolang geld goedkoop te verkrijgen was;
  • Maar toen steeg de rente in USA en EU.
    Daarmee hield ook de stroom goedkoop geld op en liep dus de financiering buiten
    de balans om spaak. Ineens moesten de banken de door hen gegarandeerde leningen
    steeds vaker terug nemen op de eigen balans, wat betekent dat het eigen vermogen verhoogd
    moest worden met ruim 8% van de waarde van de teruggenomen leningen.
    En dat juist op het moment dat geld duurder werd. Het risico van de derivaten bleek
    veel hoger dan gedacht en dat voedde het wantrouwen tegen deze produkten:
    de handel hierin viel in 2007 stil;
gepubliceerde afschrijvingen in $ miljard
tot en met half augustus 2008
Citigroup 55,1
Merril Lynch 51,8
UBS 43,3
HSBC 27,4
Wachovia 22,0
Bank of America 21,2
IKB 15,3
RBS 14,9
Washington Mutual 14,8
Morgan Stanley 14,4
totaal wereldwijd 503,0
  • Financiële bedrijven moesten heel veel nieuw vermogen aantrekken. In 2007 lukt dat nog met financiers uit China, overig Azië en Arabië. Het ene bedrijf bleek veel meer nieuw vermogen nodig te hebben dan het andere, overzicht heeft altijd ontbroken, geruchten waren er heel veel. Ook bedrijven die derivaten uitgaven bleken ineens zelf te wankelen, waardoor de belegging in hun produkten waardeloos dreigde te worden.
    Dat leidde tot weer meer wantrouwen en uiteindelijk stagnatie van de onderlinge handel tussen financiële instellingen in zowel Amerika als Europa;
  • Vanaf zomer 2008 lukt het financiële bedrijven nauwelijks meer nieuw vermogen aan
    te trekken, daarmee kwamen enkele in financieringsproblemen en de eerste vielen om.
    Het financieel systeem ging vastlopen. Daarop verstrekten centrale banken ruimhartig leningen tegen bijna waardeloos onderpand om te voorkomen dat het onderling wantrouwen tussen de financiële bedrijven het financieringsstelsel lam zou leggen;
  • De internationale boekhoudregels IFRS schrijven voor dat beleggingen op de balans moeten staan tegen marktwaarde, niet tegen bijvoorbeeld de koopprijs en niet over langere tijd
    te vereffenen. Met dat investeringsbank Lehman omviel, moesten banken, verzekeraars, pensioenfondsen en beleggingsinstellingen hun waardepapieren van dit bedrijf in korte tijd herwaarderen voor de kwartaalbalans. Met als onvermijdelijk resultaat vermogenstekorten. Dit wakkerde het wantrouwen aan naar de kredietwaardigheid bij andere financiële instellingen. Zo liep het betalingsstelsel wereldwijd vast, langzaam maar zeker. EU landen boden ruime kredietfaciliteiten om de nationale betalingssystemen weer op gang te krijgen.
  • Al eerder zetten hedge funds (53. zwerfkapitaal) zwaar in op koersverlaging van aandelen van financiële bedrijven waarvan bekend was of vermoed werd dat ze hoe dan ook kwetsbaar waren. Aangevuld met gerichte verspreiding van geruchten, veroorzaakte dit opmerkelijke koersdalingen voor aandelen. Door het opnemen van spaargelden en banktegoeden kwam ook de liquiditeit van enkele bedrijven in gevaar.
  • Aandelen verloren snel waarde doordat financiële instellingen in betalingsproblemen
    eerst hun beleggingen en daarna ook bedrijfsonderdelen moesten verkopen. Beleggingsinstellingen stootten aandelen af die niet meer als veilige belegging konden doorgaan. Daarop volgden massale noodverkopen door hedgefunds. Aandelenbeurzen,
    ook in Azië verloren veel waarde. Kleine beleggers gingen over tot paniekverkopen.

collectieve zorgeloosheid
Vroeg of laat moest de securitisering zeepbel wel uiteenspatten.
Het wachten was op de onvermijdelijke rente verhoging in USA en Europa.
Eind oktober 2008 weet nog steeds niemand hoeveel van die slechte leningen
iedere bank in zijn bezit heeft en weet dus ook niemand hoe groot de kans is of een bank
er onderdoor zal gaan. Duidelijk is dat er in USA en Europa ruimschoots belegd
is in financiële produkten waarvan de risico’s onbekend zijn.
En dat in de race om steeds hogere winsten en bonussen er een veel te krap garantievermogen
werd aangehouden om de zelf aangegane verplichtingen na te kunnen komen.

grafiek 58.02

1 mei komitee logo

het kaartenhuis stort in 2008
krediet chaos 58

waar valt de pijn
De eerste die voor de bijl ging was IKB in Duitsland.
Uiteindelijk leidde dit tot een herstructurering van het Landesbanken systeem met belastinggeld
en daarna een stoelendans om de commerciële banken in Duitsland. Het Zwitserse UBS moet heel veel uitleggen, reorganiseren en opsplitsen.
In Nederland blijkt het kleine NIBC tot over de oren in slechte Amerikaanse leningen te zitten.
In Engeland liep Northern Rock leeg en werd genationaliseerd voor €30 miljard.
Bear Stearns in de USA dreigde om te vallen en werd genationaliseerd om de schade voor aandeelhouders te beperken.

Een half jaar later, in september 2008, gaan de ontwikkelingen heel snel in het Amerikaanse financieel stelsel. De grootste hypotheekbanken Freddie Mac en Fannie Mae werden genationaliseerd, voorlopig voor $100 tot $200 miljard.
Maar toen zakenbank Lehman Brothers het niet meer redde, bleef iedereen wachten om de krenten eruit te pikken. Aan derivaten moest minimaal $ 800 miljard worden afgeschreven,
zoals garantiestellingen tegen inflatie- en valutawijziging die waardeloos eindigden.

Tegen Merril Lynch werd zo zwaar op omvallen gespeculeerd, dat het bedrijf zich
liever voortijdig liet opkopen. Een paar dagen later werd verzekeraar AIG weer wel genationaliseerd.
De laatste twee zakenbanken in de USA vormden zich daarna om tot normale banken.
Dat betekent dat ze voortaan moeten voldoen aan de eis een eigen vermogen op de verplichtingen aan te houden van minstens 8,3% in plaats van 4%. Onder die voorwaarde mag spaargeld aangehouden worden, hard nodig om een vaste stroom van inkomsten te krijgen. Desondanks ging in Amerika even later Washington Mutual -een spaarbank- op de fles. De overheid nam de tent over en verkocht snel door omdat het anders $30 miljard staatsgarantie voor deposito kon gaan kosten.

Ondertussen fuseerden in Amerika en Engeland financiële bedrijven of ze werden over en weer opgekocht. In Engeland, Oekraïne en Denemarken werden enkele banken gesteund door de overheid; Fortis kreeg een kapitaalinjectie; evenals Dexia in België, Luxemburg en Frankrijk,
en Hypo RE in Duitsland dat aan €35 miljard niet genoeg had. En nog kwam er geen eind aan
de turbulentie:

In oktober vermoedde het IMF dat er minstens $ 1400 miljard verlies gemaakt zal worden
en dat er $ 675 miljard nieuw kapitaal nodig is, te samen 3 keer de Nederlandse ekonomie;
in IJsland werden de drie grootste banken genationaliseerd of onder curatele gesteld,
daarop halveerde de kroon in 1 dag, de IJslandse overheid ging technisch failliet;
Britse banken hebben € 584 miljard steun gekregen, Frankrijk biedt € 300 miljard aan,
Duitsland €480 miljard; Nederland biedt € 200 miljard kredietfaciliteit, € 20 miljard
kapitaalinjectie en € 51 miljard voor opkoop en financiering van Fortis / ABN Amro,
waarmee achteloos het risico is genomen dat de staatsschuld verdubbelt.

De stabiliteit van het Amerikaanse financiële systeem is door gebrekkige regulering
en creatieve financiering ondermijnd en infecteerde zo het hele westerse banksysteem.
De Amerikaanse overheid vlucht in nationalisering.
Dat betekent dat de staat de markt niet zijn gang laat gaan, maar ingrijpt.
De clou daarbij is alleen: in wiens belang en op wiens kosten?


1 mei komitee logo

crises in het financieel stelstel zijn gebruikelijk
krediet chaos 58

In 2008 stak niet de eerste systeem crisis in het financieel stelsel de kop op.
De laatste 30 jaar zijn het er tenminste 80 geweest. Een aantal voorbeelden:

   
Canada 1983-1985 15 financiële instellingen, waaronder 2 banken vallen om;
   
Ierland 1985 een van de vier clearingbanken stort in, verloor ¾ van de waarde,
de aandelenhandel raakt ontregeld;
   
USA1986-1992 massaal faillissement van spaarbanken;
na deregulering van het toezicht ontstaat een solvabiliteitsprobleem ter grote van ongeveer $400 miljard; in 1987 verliest de beurs op één dag 22,6%;
1142 spaarkassen en 1395 banken moesten vereffend worden of gedwongen fuseren, bijna 300 gingen over de kop; kosten 3% tot 7% van het bbp
   
Noorwegen 1987-1989 kroon devalueert in 1986, vervolgens daalt als belangrijke inkomstenbron
de aardolieprijs; speculatieve vlucht in woningmarkt, hele banksector raakt
in het ongerede, financiële interventie door overheid à 3% van het bbp;
   
Denemarken 1990-1992 verliezen op kredieten, 9% van de leningen blijkt onbetrouwbaar
   
Duitsland 1990-1993 hereniging uitgevoerd door afschrijving van bijna alle kapitaalgoederen
in Oost Duitsland, met verkoop van bedrijven is ook het Oost Duitse sociale systeem geliquideerd; deze kapitaalvernietiging en fraude bij de verkoop ontregelt het systeem van West Duitse overheidsbanken; de Duitse economie blijft langer dan 10 jaar achter bij de rest van Europa; in 2008 liggen de lonen in Oost Duitsland nog tot 20% onder die in West Duitsland;
   
Italië 1990-1995 dubieuze vorderingen verlammen het bankensysteem, in 1995 zijn 10%
van de leningen onbetrouwbaar;
   
Zweden 1990-1993 18% van de totale kredieten zijn slechte leningen in commercieel vastgoed; de waarde van de kroon wordt verlaagd tijdens de Europese valutacrisis van 1992; aandelen verloren de helft van hun waarde op de beurs; de 2 grootste banken hebben bijstand nodig, herstructurering Zweeds bankwezen
en algemene borg door de staat kostte tot 17% van het bbp;
   
Rusland1991-1998 de Jeltsin periode van rechteloosheid:
bedrijven en overheids- instellingen worden leeggeroofd;
verkoop van bedrijven totaal ondoorzichtig,
voor een habbekrats gaan bedrijven naar buitenlandse holdings
van Russen en concessies naar westerse MNO’s;
het sociale stelsel stort in; hyper inflatie;
de officiële economie krimpt tot één derde,
zwarthandel beslaat tot één-derde van de economie;
de roebel verliest snel waarde,
wordt in het betalingsverkeer vervangen door de USdollar;
   
Griekenland 1991-1995   banken raken in liquiditeitsproblemen, kapitaalinjecties door de overheid
in gespecialiseerde bedrijven;  
   
Finland 1991-1994   handel met Rusland stagneert, liquiditeitscrisis, devaluatie in 1991; dubieuze leningen beslaan in 1992 13%van het krediet; waarborgfonds
van de staat en tijdelijke nationalisaties kosten 10 tot15% van het bbp; 
   
Frankrijk 1991-1995  dubieuze vorderingen van 9% op de totale kredietverlening in 1994, 15% daarvan bij Crédit Lyonnais
   
Japan 1990-2003 met Plaza akkoord september 1985 werd Japan door USA gedwongen op
te waarderen, daarop grote instroom kapitaal naar Japan, dat leidde bij lage rente tot zeepbel in aandelen en instorting vastgoedmarkt; recessie vanaf 1991; grote verliezen bij Japanse bedrijven; Yen zakt ver weg ten opzichte van de USdollar; tien jaar deflatie en stagnatie; 1996 Sumitomo verloor
$ 2,6 mrd in koper termijnhandel; na 1996 herstructurering van het bankwezen ingezet, à 10% tot 15% van het bbp in1999, $ 440 tot $ 750 miljard door de staat gegeven om de kapitaalbuffers in de banksector aan te vullen; het zo met $ 70 miljard subsidie weer overeind gezette LTCM werd daarna verkocht naar de USA.
   
Engeland geen systeemcrisis, maar spectaculaire faillisementen:
1984 Johnson Mattley, 1991 BCCI fraude, 1995 Barings fraude à $1,4 mrd;
in 1992 wordt op instignatie van speculant George Soros gespeculeerd tegen het pond waarop devaluatie volgt (49.valuta) en uittreden uit de EMU;
   
Mexico tequilacrisis 1994-95  peso was gekoppeld aan US$, groeiend tekort
op handelsbalans werd gefinancierd met kort geld, bij hoge rente $;
politieke instabiliteit, moorden op presidentskandidaten
en hun omgeving, daar bovenop een devaluatie
van de peso ontregelt het financieel systeem;
   
Zuidoost Azië crisis 1997-99   leningen aan particuliere bedrijven in de vorm van financiële derivaten worden teruggetrokken door financiers in USA en Europa, scherpe valuta dalingen
in Aziatische landen, ontregeling van het financiële systeem in diverse landen; speculatie vanuit Europa, USA en Japan tegen diverse Aziatische munten met als nevendoel de Asean te beïnvloeden, in Maleisië wordt George Soros daarvan beschuldigd; herstructurering kost 34%van het bbp, $400 miljard
   
Brazilië crisis 2002-2003  politiek gemotiveerde terugtrekking van investeringen leidt tot valutacrisis; speculatie tegen peso veroorzaakt financiële crisis
   
USA kredietcrisis 2007-2009   de regering koopt $700 miljard aan slechte leningen op, het blijft de vraag
of daarmee het probleem is opgelost, daaraan gekoppeld is belastingverlaging en staatsgarantie op spaargeld tot $250.000. financiering gaat alleen lukken door verruiming van de geldmarkt, dus verhoogde inflatie, dus minder koopkracht, voor mensen met lagere inkomens komt dat het hardst aan; verliezen banken en verzekeraars belopen $ 1400 miljard;
aandelenbeurzen zakken weg, in 10 dagen verdampt $ 4000 miljard virtuele waarde van de S&P 500 index; ook Europese instellingen blijken
zwaar geïnfecteerd
   
  bronnen: Econ. Fin. Berichten 57-8; IMF okt 2008


conclusie:
financiële crises zijn een steeds terugkomend verschijnsel
nooit is er sprake van een stabiele toestand
steeds weer loopt de boel ergens uit de hand


1 mei komitee logo

gokkers en verliezers
krediet chaos 58


Met veel creativiteit tuigen handelaren en management constructies op waaraan zij een tijdje veel verdienen, ook de aandeelhouders strijken royaal dividend en winst op. Zodra de geconstrueerde zeepbel spat, wordt rondgebazuind dat de economie en het financiële stelsel in gevaar komen. Met deze smoes wordt in de praktijk overheidsingrijpen goedgepraat om het verlies van eigenaars of aandeelhouders te vergoeden of te beperken.
Zo’n door de staat gefinancierd reddingsplan wordt steeds weer achteraf gefinancierd door loonmatiging, verhoogde belastingen, bezuinigingen -ook op uitkeringen-, verlaagde koopkracht en het snijden in werkgelegenheid.

aantallen ontslagen personeel tot half april 2008
Citigroup  15.200  
Merril Lynch   5.220  
Lehman Broth.  4.990  
Bank of America   3.650 
Washington Mutual  3.000  
Morgan Stanley  2.940 nbsp;
HSBC  1.650  
Bear Stearns  1.550  
USB   1.500 
Goldman Sachs   1.500 
Credit Suisse   1.320 
Wachovia   943 
National City   900 
Key Corporation   740 
Royal Bank of Canada   500 
Fortis   500 
Wells Fargo   500 
Deutsche Bank   450 
RBS   200 
JP Morgan Chase   100 
   
bron: FD 230408-13

speculatie
Aan speculatie tegen zwak staande banken en verzekeraars is veel geld te verdienen.
Na het aflopen van de grondstoffenspeculatie in 2008 (56. grondstoffenprijzen 2008),
werd veel geld gestoken in aandelenspeculatie tegen banken en verzekeraars.
Dit spel gaat als volgt:

Bij zogeheten ‘short selling’ worden aandelen geleend van institutionele beleggers zoals pensioenfondsen. Grote hoeveelheden aandelen van hetzelfde bedrijf worden dan in één keer verkocht om de koers te drukken. De verwachting is deze aandelen later voor een lagere koers terug te kunnen kopen en daarna terug te leveren. Het verschil tussen de verkoopprijs en lagere inkoopprijs met aftrek van de huurprijs is speculatiewinst. Soms loopt dit fout en de speculant
gaat erop failliet, dan kan de verhuurder de uitgeleende aandelen verspelen.
Als het professioneel gebeurt, is daar de huurprijs op afgestemd.
Nederlandse pensioenfondsen verdienden afgelopen jaren graag aan het verhuren van aandelen.
Maar ja, wat is professioneel in een branche die geleefd wordt door de waan van de dag.

Een bedrijf dat met deze speculatie belaagd wordt, heeft voor zijn bedrijfsvoering vaak al hard nieuw vermogen nodig, daarom juist is het als slachtoffer gekozen. Een uitweg is snel het aandelenkapitaal uit te breiden. Dan moeten er wel geïnteresseerde investeerders zijn.
En eerdere aandeelhouders zijn vaak niet enthousiast over verwatering van hun aandeel
en ook niet altijd in staat om meer kapitaal te verschaffen. Om nieuw vermogen aan te trekken
en de balans te schonen, kan nog geprobeerd worden bedrijfsonderdelen te verkopen.
Maar zodra bekend is dat er daarom verkocht moet worden, dan krijgt een bedrijf hooguit de afbraak prijs. Als tegelijkertijd ook nog eens de aandelenkoers van het bedrijf sterk daalt,
zal geen enkele commerciële partij investeren om dit bedrijf te redden.
Wel wachten om het in een laat stadium voor een habbekrats over te nemen.
Dus als het zover gekomen is, dan is een bedrijf al een hapklare prooi voor een concurrent
òf valt om.

Met dit scenario viel onder andere Morgan Stanley om, midden september 2008 binnen twee weken door gerichte speculatie van hedge funds. Hiertegen is nog één verdediging mogelijk:
de overheid zo gek te krijgen om geld in het bedrijf te steken. Dat heet dan nationalisatie.

Het financieel stelsel verkeert in 2008 in een zware vertrouwenscrisis.

Dat is nog geen economische crisis, omdat de financiële sector slechts een
onderdeel is van de reële economie. Bedrijven in andere sectoren hebben
wel het financieel stelsel nodig om aan kapitaal te komen en betalingen uit
te voeren. Dat gaat lastiger worden.

Dalende aandelenkoersen zeggen iets over beurshandel en het verloop in waarde
van een beleggingsportefeuille, maar heel weinig over de reële economie.
De reële waarde van bezittingen van de meeste bedrijven is in oktober 2008
veel groter dan uit hun aandelenkoers valt af te leiden. (54. beurskoers)

Deze vertrouwenscrisis is geen crisis van het kapitalisme. Er heeft een
herschikking plaats van rijkdom, maar er is geen crisis in de
arbeidverhoudingen. Dus ook geen wankelend kapitalisme.

kapitaal, vernietiging en redding
Nationalisering betekent dat de staat niet de markt zijn gang laat gaan, maar ingrijpt.
De clou is: in wiens belang en op wiens kosten?

  • De Amerikaanse regering gaat prat op een vrije markt voor Amerikaanse bedrijfsbelangen over de gehele wereld, maar grijpt thuis in en vergoedt in eigen land de aandeelhouders voor de missers van Amerikaanse handelaren en ondernemers, op kosten van de Amerikaanse belastingbetaler. Die belastingbetalers zijn in overgrote deel geen aandeelhouder,
    maar de Amerikaanse werkende bevolking als geheel.
    Navrant is dat de belastingen voor rijke Amerikanen -onvermijdelijk mensen met belangen in aandelen - kort tevoren werden verlaagd.
  • De echte slachtoffers van al het financiële stuntwerk in Amerika zijn de eenvoudige Amerikanen die door de hypotheekstunts nu hun huis kwijt zijn, wel hun schuld
    daarop blijven houden en bovendien indirekt moeten bijdragen aan de vergoedingen
    voor de aandeelhouders. En zo dubbel gepakt worden.
  • De vertrouwenscrisis in de financiële sector is in eerste instantie het probleem
    van die sector in Amerika. In tweede instantie een probleem voor de Amerikaanse overheid die de sector steeds meer z’n eigen gang liet gaan, waardoor het financieel stelsel vastliep.
    Pas in derde instantie is er een tijdelijk probleem voor het overig bedrijfsleven
    dat hooguit even pas op de plaats moetmoet maken bij grote investeringen òf voor krediet meer moet betalen, maar zich nog nooit geschaamd heeft dat allemaal door te berekenen in haar prijzen.
  • De grote Amerikaanse staatsschuld van meer dan 6% is tot nu toe gefinancierd
    door het buitenland: vooral doordat in de loop der jaren in China en Arabische landen veel Amerikaanse staatsschuld is gekocht als belegging. Zodra dat ophoudt, krijgt de Amerikaanse bevolking deze alweer vergrote staatsschuld voor de kiezen.

‘Verantwoordelijken voor de financiële vertrouwenscrisis dienen ook de schade te repareren
en in de toekomst te voorkomen. En niet gemakzuchtig de bevolking daarvoor op te laten draaien.’
Klinkt leuk, maar de praktijk is anders.

Waarom neemt een overheid dan wel het bedrijfsrisico over?

  • De overheid heeft altijd een vaste stroom inkomsten uit belastingen, dwingend opgelegd aan de bevolking.
  • Commerciële partijen hebben meestal geen belangstelling om gestruikelde concurrenten op de been te helpen; òf hebben zelf genoeg problemen; òf wachten een lagere prijs af. Want voor hen telt alleen het eigenbelang.
  • Grote ondernemers in de banksector kunnen de overheid makkelijk onder politieke druk zetten om verliezen in het door henzelf verziekte financieel stelsel te compenseren.

Tucht van de markt? Welnee, zo werkt het niet:
winst is er uitsluitend voor de ondernemer en zijn kapitaalverschaffers,
verlies wordt afgewenteld op
personeel en via de overheid op de belastingplichtige bevolking, ‘in het algemeen belang’

conclusie:
de staat steunt de grote gokkers, niet de slachtoffers

ga door naar: (27. cao ronde 2009)
dec-08

kleine logo